Volgens de laatste gegevens van de European Travel Commission (ETC), gepubliceerd in de "Monitoring Sentiment for Domestic and Intra-European Travel - Wave 10", zijn Europeanen van plan meer tijd op vakantie door te brengen en meer uit te geven, maar erkennen zij ook dat Europeanen als gevolg van de verstoring door de Omicron-variant opnieuw met onzekerheid kampen als het op reizen aankomt.
In het verslag wordt opgemerkt dat "het gefragmenteerde beleid in Europa met betrekking tot de geldigheidsduur van het digitale EU-certificaat COVID voor nationaal gebruik ook de rol van dit certificaat als hulpmiddel om reizen te vergemakkelijken heeft ondermijnd (daling met 11% ten opzichte van september 2021)". Bovendien is een groeiend aantal Europeanen van mening dat strenge gezondheidsprotocollen op bestemmingen "een direct negatief effect hebben op hun reiservaringen".
Als gevolg hiervan schrikken Europeanen terug voor het maken van concrete plannen en boekingen, waarbij wordt geschat dat "aarzeling over wanneer te reizen is toegenomen van 11% in september 2021 tot 21% in december. Reeds 36% van de reizigers is van plan om in mei of juni 2022 op vakantie te gaan, maar slechts 17% heeft zijn volgende reis al volledig geboekt.
ETC merkt echter op dat meer dan de helft (61%) van de Europeanen optimistisch blijft over reizen in juni 2022, wat wijst op "aanhoudende veerkracht ondanks de door Omicron veroorzaakte verstoring". Intra-Europese reizen blijven de voorkeur genieten van 50% van de reizigers.
De intentie om langer te blijven en meer uit te geven in de gekozen bestemming is een andere positieve trend onder de ondervraagde reizigers, waarbij dit aspect "in verband wordt gebracht met een groeiende wens om aan het begin van de zomer te reizen", aldus ETC. De voorkeur voor reizen van meer dan 10 nachten stijgt met 38% ten opzichte van de vorige analyse, terwijl het aandeel reizigers dat van plan is meer dan 2.000 euro uit te geven met 31% toeneemt, met name onder degenen met reisplannen in mei of juni 2022.